Op zaterdag 14 december 2024 heeft Spijkenisse dan eindelijk, zo vlak voor de winterstop, haar eerste matchpunt binnengehaald. Tegen DSC Delft werd het 5-5. Een ratingtekort van maar liefst 126 punten heeft ons niet genekt. Meerdere van onze spelers stegen boven zichzelf uit en wisten een op papier (veel) sterkere tegenstander te verslaan. Noemenswaardig zijn daarbij de prestaties van Thijs, Job en Joey, die tegenstanders van 200 tot bijna 400 (!) meer ratingpunten genadeloos van het bord af trapten.
Thijs vierde tijdens zijn partij tegen IM Joost Michielsen, die voor de gelegenheid op bord 9 (!) had plaatsgenomen, meermaals een besloten feestje in zichzelf.
“Ik ken één opening. Mijn tegenstander, IM Joost Michielsen, kent er hoogstwaarschijnlijk meer. Alleen de hem bekende varianten kwamen niet op het bord, of hij verwarde iets. Nu vraag je je waarschijnlijk af: welke opening was het? Ik zal je zeggen: ik ben het vergeten (lees: ik wil het niet zeggen; ik ken er maar één en het seizoen is nog lang). Op zet 12 speelde hij met wit, koelbloedig als hij is, 12.f2-f4. Bij de meeste openingen is dat een fanatieke aanvalszet. Zo ook vandaag. De zet f2-f4 had ik voor wit in die stelling nooit eerder gezien. Fout was het, agressief, blufschaak, dacht ik. Of was het geniaal? Na deze zet won ik door een coole combinatie een pion. Hoezee! Na wat adequate zetten leek zijn ‘compensatie’ ook foetsie. Opnieuw: hoezee! Zijn hand verzette in toenemende snelheid stukken, hij leek ontevreden.”
Dat Michielsen niet in z’n element was, bleek wel uit het toelaten van de volgende tweezetter:
Zwart wint een pion.
Zo maakt Thijs zijn verhaal af:
“Hoezee!—ik won nog een pion. Je zal nu denken: twee pionnen voorsprong dat is toch genoeg om te winnen? En dat klopt, kort na zijn tweede late sinterklaas-of-vroege-kerstcadeau, gaf hij op. Ik won. Hoera!”
Een overwinning om trots op te zijn!
Ook Job had weinig moeite met zijn tegenstander. Met de witte stukken was hij alert op de zwaktes in de stelling van FM Dennis Ruijgrok. Frappant feit is dat Ruijgrok in 2004 Nederlands kampioen werd bij de jeugd—het jaar waarin onze Job geboren werd. Het verschil in ervaring speelde blijkbaar geen rol van betekenis.
Wit aan zet speelt en wint. Onderaan het verslag kunt u het partijfragment naspelen.
Joey kwam met wit goed uit de opening tegen FM Yasin Sari, die tot dan toe een 100%-score in klasse 1B had: 4/4 en niet tegen de minsten! Onder andere GM Martijn Dambacher en IM Frans Cuijpers moesten het ontgelden. Weliswaar had Joey zijn openingsvoordeel niet in iets concreets weten om te zetten, maar hij was net als Job alert op buitenkansjes. Zo’n buitenkansje diende zich inderdaad aan.
“…na ongeveer 25 zetten begon ik de indruk te krijgen dat er niet meer dan een remise in zou zitten. Hoewel dit natuurlijk ook een mooi resultaat was geweest, ging zwart ineens in de fout.
“26... Tc5 deed bij mij alle alarmbellen afgaan. Je toren zo in een batterij zetten, kan niet goed zijn. Met 2 minuten op de klok vond ik met 27. Pxb5 een eindspel waarin wit voor 2 resultaten speelt [vanwege het betere lichte stuk en een gevaarlijke vrijpion die op d6 komt te staan, DZ]. Stockfish vindt nog veel betere opties, maar ook mijn zet bleek in de tijdnoodfase voldoende voor een overwinning.”
Djad, Jona, Maxim en Semen waren de schuivers van de dag, hoewel de partijen sterk varieerden in termen van precisie en spanning.
Semen kwam naar eigen zeggen goed weg. Hij speelde met zwart op bord 3 tegen Richard Ammerlaan. Semen was niet echt bekend met de zogenaamde Levitsky-aanval na 1.d4 d5 2.Lg5, die vanwege die laatste zet ook wel de ‘pseudo-Trompowsky’ wordt genoemd. In tegenstelling tot in de Trompowsky opening heeft de loper op g5 niet onmiddellijk een doelwit, maar hij staat daar wel de e-pion te pennen. Vervelend!
Uiteindelijk koos Semen voor een plan met dubbele fianchetto, maar dat bleek net iets te traag. Volgens de engine liet wit meerdere kansen liggen om het af te straffen, maar voor beide spelers bleek het ook telkens net te ingewikkeld om uit te rekenen; noch tijdens de partij noch tijdens de analyse achteraf konden zij een winstplan voor wit bedenken. Uiteindelijk consolideerde zwart en werd er in gelijke stelling voor remise getekend.
Jona had niet de meest spannende partij.
“Ik speelde op bord 8 met wit tegen Richard Oranje. Er kwam Hongaars op het bord na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lc4 Pf6 4.d3 Le7.
“Uit de opening kreeg ik een fijnere stelling, maar concreet voordeel was lastig te vinden. Beide partijen kregen uiteindelijk een actieve dame in het eindspel, waardoor een zetherhaling onvermijdelijk werd.”
Op bord 6 speelde Maxim met wit tegen Wit Kortis een vrij droge partij die nooit echt uit balans raakte. De partij startte als een moderne verdediging en ging over in een Pirc. Nadat er vrij snel stukken werden geruild ontstond er een paardeneindspel waarin Maxim een actievere koning en wat meer ruimte had. Het probleem was echter dat zwart geen echte zwaktes had, waardoor deze voordelen niet goed konden worden benut. Maxim drong nog aan, maar uiteindelijk werd na 51 zetten tot remise besloten.
Bij Djad was het een heel ander verhaal. Hij kreeg een soort Grand Prix-aanval te verwerken, die al snel gevaarlijk oogde—voor beide spelers! Tegenstander Gert Legemaat had nog niet gerokeerd of hij bracht de pionnen op de koningsvleugel al naar voren met h2-h4. De stelling leek erg gevaarlijk voor zwart maar met breekzet 14…c5-c4! op de andere vleugel, wist Djad tegenspel te creëren. Het centrum kwam open te liggen en de witte koning in het midden werd onder vuur genomen. Legemaat kon het gevaar nét ontwijken door een ongebruikelijke eeuwig-schaakmanoeuvre. Een dramatische partij eindigde zodoende toch nog in gelijkspel.
Helaas moesten er aan onze zijde toch ook verliezen geïncasseerd worden. Fabian heeft het zwaar dit seizoen. Er lijkt een vloek op hem te rusten, waarbij hij in het tweede team zonder meer topscoorder wordt, terwijl hij in het eerste maar moeilijk aan scoren toekomt. Ook dit seizoen wil het nog niet echt vlotten. Oud-Spijkenisser Erik Both liet weinig van hem heel.
Maurits hield aan het eerste bord lang stand, maar moest in een toreneindspel met een pion minder toch zijn meerdere erkennen in FM Joost van Ruitenburg.
Teamleider Daniël had zichzelf voor de afwisseling eens de witte stukken gegeven en ook nog eens aan het laatste bord. Hij trof daar in Kim Meulenbroek ook een tegenstander die op papier een (iets) lagere rating dan hijzelf had. Maar waar een deel van de groep boven zichzelf uitsteeg, had Daniël juist een off-day. Hij kreeg snel ruimte in het centrum, maar Meulenbroek wist vanaf de flanken toch voldoende tegenwicht te bieden om een echte doorbraak te voorkomen. Daarna was het een kwestie van een plan bedenken. Dat wilde de teamleider die bewuste zaterdag niet lukken. Zie de partijviewer voor commentaar.
En zo liep een bewogen KNSB-middag op haar einde. Het matchpunt was binnen, maar geen 5-5 einduitslag is als de ander. Deze 5-5 reflecteert een overwinning van de underdog ten opzichte van zichzelf; van spelers die boven zichzelf uitstijgen tegen gevestigde namen en het bitterzoete gevoel dat er wellicht meer ingezeten had. Hoe dan ook richt SV Spijkenisse haar vizier op de toekomst. De ban is gebroken. Alles is mogelijk.
En nu een welverdiende winterslaap alvorens we de borden weer uit de afgesloten kasten halen, de stukken weer in aanvalspositie brengen en de degens weer kruisen. Fijne feestdagen en een gelukkig nieuwjaar.
Uitslag |
||
0 – 1 |
||
1 - 0 |
||
½ - ½ |
||
1 - 0 |
||
0 - 1 |
||
½ - ½ |
||
½ - ½ |
||
½ - ½ |
||
1 - 0 |
||
0 - 1 |
||
2081 |
2207 |
5-5 |
Partijfragment van Job